Frans Hagendoorn
Hooisteeg. Straatje in het centrum van Waalwijk, provincie Noord-Brabant.
Zes arbeidershuisjes opgeknapt door de gemeente. Kunstenaars en ambachtslieden op zoek naar een droom.
Antiquaar, schilder, interieurontwerpster, gitaarbouwer, schoenmaker.
Toen gingen mensen dood en kwamen keramiste en etser.
De antiquaar werd een dichter en de schilder ging dood.
Toen kwam er een andere schilder, want er zijn schilders genoeg tegenwoordig en dichters
en schilderijen en gedichten en
kunstenaars en kunstwerken
in het algemeen
alle beelden zijn vastgelegd
alle woorden zijn gezegd
wat doen schilders en dichters meer
dan in andere volgorde
herhalen
steeds opnieuw
zonder hoop iets
toe te voegen
aan wat ergens
al is
hou toch op
bromde de nieuwe schilder
je bezorgt mensen
de schrik van hun
leven
straks luisteren ze nooit meer
naar een gedicht
kopen nooit meer een schilderij
vertel nou maar van de hooisteeg
en dat deed de dichter
maar niet zo zakelijk
als de schilder wilde
hij ziet de Hooisteeg door de bodem van een glas
inkrimpend tot zijn heelal
draaiend rond een stervende zon
vaste afstand
onlosmakelijk
afkoelend
het veld is vol
woonwagens staan rommelig verspreid
wasgoed wappert tussen bomen
ligt languit op de heg
schragen tafels
etensresten lege flessen
hockeymeisjes
kay drinkt thee
lein & hans bouwen een monument
van schroot
peter brok ontbreekt
vliegend hert schept om zich heen
een vacuum van onbegrip &
alle honden blaffen
muziek
bob marley doodt zijn zieners
dylan stuurt een brief
uit desolation row
nathalie zingt motherland
bono praat
met melaatsen in zijn hoofd
nick cave huilt &
mike scott zoekt god
in findhorn bay
guus zingt mr. bojangles
ad de peffer op gitaar en
marjolein op gilles de la tourette
dadoo ron ron
het kleine koor
vengeance speelt unplugged
met anton van der mee en
dj bles en
leo’s cowboys
dansman 3
blaast af en toe een schril accoord
als frans De intocht van Christus in Waalwijk leest en
albert het kind
zijn neus tegen de ramen drukt &
ron hij ploegde voort
de dichter staat aan de rand
opgenomen in het kosmische moment
geen deel ervan
gooit zijn dromen in de
uitverkoop en
opent een vijfde blikje Schultenbräu
nou, daar word je ook niet wijzer van
zei de schilder droog
hoe ging het verder met die steeg?
die werd een spergebied
het bier kreeg er de overhand
steeds vaker hing een briefje voor het raam:
gesloten wegens plots verdriet
steeds vaker zakten peuken door de heg
flarden rook
stierven eenzaam
in het bedauwde gras
tussen druppels
als kristallen bollen
zagen de schilder en de dichter
de toekomst
de steeg is leeg
de winterdijk breekt door
voor de zondvloed komt
zoeken zij
hoger grond
fellenoord
wat achterbleef?
minder bier
minder muziek
een rookverbod
en rust, veel rust
maar het komt allemaal goed
zeggen de leerbewerkster
de schilderes
de stoffeerster
de nieuwe keramiste
en de therapeute
(voor de schilder en de dichter
kwam ze net te laat)
de honden blaffen nog
vooral janus want janus
blaft het hardst
en ron
ron blaft niet
hij kraait
de koning van het kippenhok