De stralende voorjaarszon verhult deze woensdag dat het slecht gaat met de Waalwijkse weekmarkt. Ooit was op de markt ‘uw gulden een daalder waard’. Aan de prijzen ligt het nog steeds niet; die zijn laag. Er valt veel te kiezen, groenten en bloemen zijn vers en de meeste marktkooplui zijn vriendelijk en praten graag. De markt is voor mij meer dan alleen boodschappen doen. Ze is tevens een uitje, waar ik mijn ogen en oren de kost geef; niet alleen richting de kramen maar ook richting de mensen. Je komt er altijd wel iemand tegen die je kent en als de notenzusjes je geholpen hebben, loop je steevast weg met een glimlach op het gezicht. Kom daar maar eens om in de gemiddelde supermarkt!

En toch gaat het slecht met de Waalwijkse ‘mert’. In vijf jaar tijd daalde het aantal aaneengesloten meters kramen van 514 naar 348, da’s eenderde minder! Wethouder Jan van Groos luidde onlangs de noodklok in de krant. De crisis, het internet en de Actions van deze wereld verklaren de malaise maar voor een deel. Het is vooral bergafwaarts gegaan sinds de markt eind 2012 verhuisde van het parkeerterrein bij het broederklooster naar De Els-Zuid. Vanuit het gezellige winkelhart naar een wat afgelegen en winderig terrein.

Wat nu? Het gaat ook al zo slecht met de winkels in het centrum. Maar volgens mij hoeft het niet zo ingewikkeld te zijn, mits iedereen een beetje durf toont en accepteert dat het nooit meer zal worden wat het ooit geweest is in het Waalwijkse centrum. We moeten naar een compact en sfeervol winkelgebied. ‘Beleving’ schijnt het toverwoord te zijn in de overlevingsstrijd van kleine en middelgrote steden in Nederland. Nou, als de markt íets biedt, is het wel beleving!

Daarom: verhuis de weekmarkt naar….De Markt! Daar waar het ooit allemaal begon. Nu hoor ik mensen al meteen roepen: dat kan niet, want de horeca komt dan in de knel als die kramen vlak voor de ramen en terrasjes staan! Ik denk eerlijk gezegd dat er een win-win-situatie kan ontstaan. Sorry voor deze managementspraak, ik hoop dat de beleidsmakers die over deze zaken gaan me dan misschien eerder begrijpen… Het moet mogelijk zijn om tussen het oude raadhuis van Kropholler en pakweg modehuis Van Dijk middels een slimme kraamopstelling zowel de markt als de horeca ter wille te zijn.

Eerst kaas, noten en nieuwe sokken halen op de mert. Daarna een bakske bij City, Kandinsky, Petit Paris of Het Slot! Of een biertje bij Jays! En daarna misschien nog efkes verder shoppen. Volgens mij kan ‘de mert’ een trekker voor het échte stadshart zijn. Het is het proberen meer dan waard.